De gedachte aan een zeepbel wordt gevoed door het feit dat de stijging gesteund werd door een explosieve groei van handel met geleend geld en een stijgende interesse in indexfutures. Lo ziet in lenen van geld om aandelen aan te kopen inderdaad een het gevaar dat het niet alleen de koersstijging versnelt, maar ook de kracht van een terugval versterkt.
'Er is echter geen bewijs dat wanneer de hoeveelheid effectenkrediet richting een gevaarlijk niveau stijgt dit een marktcrash zou kunnen veroorzaken', zo schrijft de Chinees. Hij wijst erop dat academisch onderzoek heeft uitgewezen dat een zeepbel weken tot jaren stand kan houden. Verder kan de recente macro-economische beleidswijziging in Beijing de rally nog verder ondersteunen.
Kritiek niveau onbekend
Ervaringen in andere aandelenmarkten laten zien dat een stijging van het effectenkrediet geen betrouwbare indicator voor een crash is. In de VS zorgde het in 2000 en 2007 wel voor flinke correcties, maar er zijn vele voorbeelden te vinden over de afgelopen twintig jaar waar een sterke stijging niet leidde tot een crash. Het is volgens de BNP-strateeg onmogelijk vooraf te weten of een kritiek niveau is bereikt dat tot een crash leidt, of dat er slechts sprake is van een marktfenomeen op weg naar een nieuw marktrecord.
In China kan de kans op een marktcrash beter worden beoordeeld aan de hand van de algehele hefboomfinanciering op de beurs, stelt hij. Effectenkrediet is slechts een onderdeel daarvan. Tijdens de aandelenhausse in 2005-2007 maakten Chinese bedrijven in hoge mate gebruik van hefboomfinanciering, vooral niet-beursgenoteerde ondernemingen in handen van de staat. Deze bedrijven gebruikten harde activa om van banken te lenen en gebruikten de opbrengst voor speculatieve handel in aandelen. Ditmaal lenen veel spelers via schaduwbanken.
Lo: 'Hoe graag we dat ook zouden willen, we weten niet precies hoe en waar speculatieve hefboomfinanciering wordt opgebouwd en wanneer men over de streep gaat, tot de markt crasht. Het in perspectief plaatsen van de huidige rally op de markt voor A-aandelen kan echter wel helpen de duurzaamheid van die rally te beoordelen.'
Weinig geld in de markt
Ten eerste staan zowel de Shanghai A-share index en het aantal nieuwe beleggingsaccounts op ongeveer de helft van hun piek in 2007. Het aantal nieuwe accounts heeft niet alleen een nauwe correlatie met de bewegingen in A-aandelen, maar laat ook zien dat slechts de helft van het aantal potentieel belegbare gelden de aandelenmarkt heeft betreden, vergeleken met de laatste rally.
Ten tweede groeide het Chinese bbp ondanks de recente vertraging sinds 2005 met een factor 3,5. In 2005 startte de laatste rally. Macro-economisch bezien pleit dit ervoor dat de sterke stijging in aandelen niet geheel een bubbel is en dat de stijging in hefboomfinanciering niet allemaal naar speculatieve handel is gegaan.
Het belangrijkste element dat de vooruitzichten voor Chinese aandelen beïnvloedt, is het risico op deflatie. China's PPI bevindt zich al meer dan drie jaar op deflationair terrein. Het nominale bbp kromp gedurende het eerste kwartaal van dit jaar en voor het eerst sinds de Amerikaanse subprime crisis werd de bbp-deflator negatief. De output gap van China is sinds 2011 negatief.
In antwoord daarop is de reële rente flink gestegen. Een hoge reële rente kan zorgen voor een neerwaartse economische spiraal, omdat mensen niet meer willen beleggen, de deflatiedruk toeneemt en het beleggingssentiment verslechtert. In de afwezigheid van revolutionaire structurele hervormingen aan de aanbodszijde is monetaire versoepeling de enige mogelijkheid om de neerwaartse spiraal op de korte termijn te stoppen.
Verschuiving in monetair beleid
Beijing leek hier geen haast mee te hebben, aangezien de beleidsmakers er het afgelopen jaar op focusten de economie te ontschulden. De renteverlagingen sinds november laten zien dat men eindelijk het risico erkent en dat de beleidsfocus is verschoven van het verminderen van schuld naar het beschermen van groei en van het beperken van inflatie naar het tegengaan van deflatie.
Hoewel de toename van effectenkrediet daadwerkelijk een bron van zorg is, is de veranderde focus in Beijing belangrijker voor de vooruitzichten voor aandelen. Een zwakke groei en het risico van deflatie zetten de beleidsmakers onder druk een soepel beleid te hanteren om zo het systeemrisico te verminderen.
De waardering van aandelen staat op dit moment op de tweede plek, aangezien beleidsmakers een sterke aandelenmarkt zien als facilitator voor hervormingen op de kapitaalmarkt door het verminderen van de afhankelijkheid van banken onder bedrijven. Dit toeschietelijke beleid in combinatie met het toenemende momenten kan Chinese aandelen verder vooruitbrengen, aldus Lo.