De conclusie was dat een naar marktwaarde gewogen strategie op basis van de marktindex de beste keuze was voor de gemiddelde belegger. Zo’n strategie werkt goed omdat de kosten laag zijn en de portefeuille goed gespreid.
Inmiddels zien we bij het indexbeleggen een nieuwe trend: ‘smart beta funds’. Bij deze fondsen wordt afgeweken van het idee om de marktwaarde van de onderneming te gebruiken als gewicht in de index. In plaats daarvan worden andere criteria gebruikt om de portefeuille samen te stellen.
Bij ‘fundamental indexation’ wordt bijvoorbeeld de omvang van een onderneming gebruikt als criterium, waarbij dan vooral naar maatstaven zoals omzet, winst en/of betaalde dividenden wordt gekeken. De criteria bij de andere strategieën zijn bepaald door bijvoorbeeld het idee om het risico van de portefeuille te minimaliseren (‘minimum volatility’), of de exposure op de conjunctuur te managen.
Vorm van quant investing
Deze nieuwe lichting indexfondsen is gebaseerd op het idee om een portefeuille samen te stellen op basis van een mechanische beslisregel, die zonder menselijke interventie wordt uitgevoerd. Het betreft dus de facto een vorm van ‘quant investing’: de computer doet het werk. Persoonlijk vind ik deze tweede lichting indexfondsen een nuttige aanvulling op het assortiment, maar tegelijkertijd wordt het voor de financiële consument wel lastig om een onderscheid te maken tussen al deze alternatieven.
In hoeverre kun je beweren dat deze nieuwe lichting indexproducten nog passief is? En kun je sowieso het begrip ‘passief’ eenduidig interpreteren? Onder passief beleggen versta ik beleggen zonder de ambitie om de koers van het aandeel te voorspellen. Met andere woorden, ik neem de marktwaarde van het aandeel als gegeven.
Wel representatief?
Een index op basis van de marktwaarde zou je passief kunnen noemen, maar voor een gemiddelde belegger is een index op basis van de marktwaarde van de vrij verhandelbare stukken (‘free float’) veel representatiever. Voor een grote institutionele belegger is een index van large caps representatiever dan een bredere index met ook veel small caps erin.
Een andere visie is stellen dat een passieve belegger weinig handelt. Volgens deze interpretatie is de buy-and-hold strategie de enige echte passieve strategie. Bij sommige van deze nieuwe indexstrategieën kan de omloopsnelheid echter behoorlijk oplopen.
Het zou daarom handig zijn als er in de geest van de Morningstar style box een handige classificatie wordt gegeven van deze nieuwe categorie indexen. Op de ene as zou ik dan de afwijkingen van de weging in de ETF ten opzichte van marktkapitalisatie willen zetten. Links staan dan de marktwaarde gewogen en rechts de gelijk gewogen strategieën. Op de verticale as staat de omloopsnelheid van de portefeuille van laag naar hoog. En eigenlijk hebben we ook nog een derde as nodig, namelijk voor de mate van diversificatie.
Auke Plantinga is universitair hoofddocent aan de faculteit economie en bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen.